zondag 8 maart 2015

Digitale muziek: doodlopende weg?

The Vinyl Factory analyseert een recent interview met Brian Eno over de voordelen en gevaren van digitale opnametechnologie. Toch een van blokkades die in De Toekomst Hervonden wordt geïdentificeerd. Eno is vrij pragmatisch en hij is volgens mij niet van de school dat analoog per definitie beter klinkt, maar meer dat fouten mooi kunnen zijn en dat beperkingen onvoorziene voordelen hebben:

Did Eno think that belle époque West African records still sound vital and alive 40 or 50 years on because of, rather than despite, the very basic conditions under which most of them were recorded?

“I do,” said Eno. “It’s partly to do with engineers working with very limited resources and really understanding them well. If you’ve only got two mics, one compressor and a couple of pre-amps, you really know what they do, because you’re using them every single day. It’s like an artist who is extremely good with water colours. Water colour is a very limited medium but you can become incredibly good with it if that is all you have. Those old African recordings, and a lot of old rhythm ‘n’ blues and early doo-wop and so on, in many respects they were incredibly limited in recording tools. But nonetheless, the people who were using those limited tools had a real rapport with them, and knew how to get exciting results from them.
Dit is ook een van de redenen dat genres (punk, acid, Detroit techno, jungle) in hun beginfase altijd goed blijven klinken. Niet alleen de ideeën zijn fris maar de beperkingen zorgen voor een bepaalde focus. Overigens ben ik zelf ook dol op het andere extreem: de mega-studioalbums die state of the art technologie volledig uitbuiten: Tusk, Slave to the Rhythm, Wish You Were Here.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten