zondag 25 oktober 2015
Joris Voorn - Fabric 83: techno voor een volwassen wereld
Mike Banks de introductie van ‘Amazon’ zien spelen in 1992 deed onvermijdelijk de vraag stellen: wat houdt nieuwere generaties tegen om zulke grote gebaren te maken? Zijn de combinaties van noten opgeraakt? Is de cultuur waarin ‘Amazon’ werd bedacht verzadigd? Durft men het niet uit angst voor ridiculisering? Of heeft men de capaciteit gewoonweg niet? In zekere zin is de zo in dubstep/EDM zo gliefde drop ook een groot gebaar, maar het is mechanisch, het equivalent van een doorgetrainde, in doping gemarineerde, bovenarm spannen. Bovendien is het lelijk. Een alternatief antwoord is, denk ik, al een aantal jaren: diepte. Een lastig te omschrijven kwaliteit. Diepte is een subtiel gebaar, je herkent het in de fantasierijke Donato Dozzy mixen van een aantal jaren terug (met als hoogtepunt mnml ssgs 39.) En in het ambitieuze Balance 14 (2009) van Joris Voorn dat dit jaar zoiets als een opvolger kende in de vorm van de 83ste editie van de Fabric mixserie waarop hij weer een groot aantal fragmenten van tracks inzet om met behulp van Ableton Live zoiets als de perfecte technomix te maken.
Waar zou een perfecte technomix aan moeten voldoen? De mix moet worden voortgedreven door ritme of puls. De muziek ademt vooral een melancholische sfeer uit. Een futuristische associatie is op minstens een niveau aanwezig (albumhoes, samples, techniek.) Aan deze drie voorwaarden voldoet Fabric 83 zeker. Maar er moet iets meer zijn: de mix dient in eerst instantie te verwonderen. Dit gebeurt hier halverwege wanneer Voorn verrassend de riff van jungleklassieker ‘Shadow Boxing’ gebruikt als breekpunt. Losgeweekt van het originele ritme klinkt de melodie als plots opdoemende stormwolken waar zwarte regen uit begint te vallen. Het vormt de ingang tot een elegante geluidswereld die zijn gelijke op het moment niet kent. Voorn is vrijwel een eenling in zijn methode—een perfectionering van Hawtins vaak abstracte digimixen—waarbij je vermoedt dat veel van zijn collega’s te lui zijn, of gewoon niet over het gehoor beschikken, om een dergelijke mix te bouwen.
Voorn is als DJ een soort schakel tussen klassieke techno en de digitale wereld. Een schakelpositie die hij op Fabric 83 trouw blijft. De mix gebruikt genoeg obscure nieuwe tracks en remixes, maar ze worden duidelijk verankerd in de drie-eenheid Plastikman/Basic Channel/Underground Resistance (hier Robert Hood) die nog steeds gemijnd kan worden voor nieuwe inzichten. Nu ik dit opschrijf, vraag ik me af of die fundamenten niet uiteindelijk moeten worden verlaten? Misschien is Voorn er al op subtiele wijze mee bezig, verzinken de pijlers langzaam in een frisse stroom techno.
Fabric 83 is ook een mix die op zoek is naar een toekomstige praktijk, want met een club vol dansende mensen heeft de muziek weinig meer te maken. Op dit moment doet het dienst als buitengewone automuziek: de mix als leidraad door de nacht, net genoeg puls om in te verzinken maar steeds aangevuld met kleine veranderende details om de aandacht te laten verspringen in een samenspel met de voorbijschietende lichten. Over een aantal decennia zullen een aantal opiaten—hoe natuurlijker, hoe makkelijker—legaal zijn. Ironisch genoeg zal de auto-ervaring steeds meer aan betekenis gaan verliezen. Fabric 83 hint (net als Dependent & Happy van Villalobos) naar een ander gebruik van muziek in een volwassen maatschappij. Een zwevende, vederlichte luisterervaring, waarbij een suggestie van een superieure glimlach op het gelaat verschijnt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten