dinsdag 24 maart 2020
Gabi Delgado-López (1958 – 2020)
De eerst helft van de jaren ‘80 behoorden toe aan Deutsch Amerikanische Freundschaft en met de dood van zanger Gabi Delgado-López voelde het meteen alsof dat definitief is gecanoniseerd. Samen met Suicide maakte D.A.F. elektronische muziek duister en gevaarlijk. Met zijn imposant, bijna karikaturaal, zware stem wist Delgado-López een ambivalent persona neer te zetten dat de Duitse romantiek mijnde, nietzscheaans flirtte met oorlog, dans en kracht, seksueel en politiek ambivalent was, nooit de knipoog hanterend waardoor iets als ‘Verschwende deine Jugend’ of 'Alle Gegen Alle' altijd serieus kan worden genomen. Het was de perfecte stem voor de nerveus springende sequencermelodieën in combinatie met de opzwepende drums van Robert Görl.
Precies de juiste muziek op het juiste moment: futuristisch maar rauw, met een punkhouding, stijlvol en intelligent, de dans richting de onvermijdelijke nucleaire holocaust. Die natuurlijk niet kwam en D.A.F. en Delgado-López solo dwong om positiever te gaan klinken, wellicht geforceerd al is zoiets als ‘Brothers’ uit 1986 door de jaren heen mooi gerijpt. De muziek van D.A.F. past bij de moderne ruïne-steden van de jaren 70-80: West-Berlijn, Hamburg, het Oude Amsterdam, steden die aan hun lot waren overgelaten, grijs, hard, ongemakkelijk en creatief. Vandaar dat de muziek van D.A.F. tot zeker midden jaren ‘90 steevast was te horen in Amsterdamse clubs. Ook omdat het duo een aantal bonafide dansklassiekers produceerde. 'Der Mussolini' vanzelfsprekend, al heb ik altijd versteld gestaan hoe ver ‘El Que’ en ‘Ein Bisschen Krieg’ hun tijd vooruit waren. Opzwepend met een heel eigen genot, een ingetogen masculiniteit die zich weet te bevrijden van gêne, geinjecteerd met een homeopathische dosis fascisme, een glimlach omdat men dit herkent en weet te hanteren.
Ik pas voor heldenverering maar moet toegeven dat Delgado-López, nadat ik D.A.F. ontdekte, een tijdlang een belangrijke figuur voor mij was, gewoon een van de weinige mensen waarin ik echt iets herkende. De Spanjaard in het buitenland die cool is en zich onderdompelt in een cultuur en deze eigen maakt, beter begrijpt dan de autochtoon. Vandaar dat het verlies anders voelt dan van een tijdperk dat wordt afgesloten (en toch al jaren niet meer bestond), het is dieper, persoonlijker, alsof een baken is gedoofd.
zondag 15 maart 2020
This is the news! Thrash metal als futurologie
De plaat die het
best de huidige situatie verklankt is zonder twijfel Tomorrow’s
Harvest van Boards of Canada, met zijn dreigende sfeer en mogelijk
positieve einde waan je je, via oude VHS-films, in een traag
verlopend rampscenario. En toch, het nummer dat me de laatste jaren
achtervolgt is een 36-jarig oude thrashmetal-banger. ‘Fight Fire
with Fire’ van Metallica dat hun album Ride the Lightning (1984)
opent. Het nestelt zich als een slogan in mijn hoofd als reactie op
nieuws of zodra ergens een radicale oplossing voor nodig is,
bijvoorbeeld de totale vernietiging van Airbnb. Na al die jaren heb
ik eens de moeite genomen om het tekstvel erbij te pakken en blijkt
het nummer een soort ‘Two Tribes’ van de metal te zijn, je basis
jaren ‘80 atoomoorlogscenario. Maar het nummer staat niet op
zichzelf, het album waar het onderdeel van maakt ook niet, noch het
oeuvre van de band, nee, thrashmetal in dat decennium presenteerde een
pessimistisch wereldbeeld dat in 2020 visionair klinkt.
...And Justice For All van Metallica geschreven (de tijd heeft helaas zijn invloed gehad op de opmaak), de plaat die een aantal thema’s van het genre bundelt tot een duistere sociologie. Heavy metal heeft vanaf het begin een negatief mensbeeld uitgedragen waarin geloof een fantasie is, autoriteiten—van ouders en leraren tot overheid—niet te vertrouwen zijn, militarisme leidt tot een vroege dood, waanzin altijd kan toeslaan, vrouwen spoorloos verdwenen zijn en een nucleaire holocaust zijn schaduw over alles heen werpt. Dit alles zonder een uitweg te bieden anders dan verslaving of zelfmoord. Thrashmetal, voor een belangrijk deel afkomstig uit Californië, ontdoet metal grotendeels van metafysica (van de Satanische of Lovecraftiaanse soort) en rapporteert aan de andere, stoffige, zijde van de Amerikaanse hyperrealiteit. Een deel van de futuristische lading van thrashmetal is te verklaren door het feit dat het neoliberalisme in de Verenigde Staten met behulp van Reaganomics in rap tempo werd geïmplementeerd nadat het eerst in het laboratorium van Chili onder Pinochet was getest. Reaganomics kende zijn winnaars maar met een prijs, een groeiende kloof tussen arm en rijk en een afbraak van het sociale weefsel. Dit alles ingebed in een racistische en homofobe culture war om evangelische stemmers te paaien en met risicoloze militaire afleidingsmanoeuvres om patriottisme op peil te houden.
In het Verenigd Koninkrijk was de gelijktijdig aan de macht gekomen Thatcher er snel bij om hetzelfde recept toe te passen en in een wat zachtaardige, minder opgefokt militaristische versie zou ook Europa er in de loop van de jaren negentig aan moeten geloven wat ons in de huidige tijd brengt waar een Amerikaans medialandschap is geassimileerd, xenofobie moet afleiden van het falen van neoliberalisme en een terugval dreigt in autoritarisme, nu als surveillancemaatschappij met een dwingende conceptualisering van de sociale norm. In deze maatschappij zijn tegenkrachten meer dan ooit verstrooid, rebellie gekoloniseerd als lifestyle-keuze. Het is aan het individu op klimaatverandering tegen te gaan, om een kleine filantropie te bezigen, om psychisch te overleven zonder (zelf)medicatie, altijd met de dreiging dat de overheid je uit willekeur vermorzelt met inzet van slecht geautomatiseerde regelgeving. Alles wat ...And Justice For All in 1988 (en Dimension Hatröss van Voivod in datzelfde jaar) poneerde.
Het genre was vooruitziend in de diagnose maar bood thrash ook een oplossing? Ten dele, en dan vaak de zeer Amerikaanse oplossing van radicale vrijheid. Dave Mustaine van Megadeth biedt een uitweg als cynisch-hedonistische libertariër, licht paranoïde, alles afwijzend behalve individuele vrijheid. Metallica zou na ...And Justice For All een uitweg zoeken in een mix van emotionaliteit en survivalideologie die een vlucht uit het sociale betekent, een opgaan in de natuur (“So seek the wolf in thyself” – ‘On Wolf and Man’.) Slayer bood op Seasons in the Abyss (1990) de meest duistere variant van de seriemoordenaar, het individu dat boven de wet staat en beslist over leven en dood. Zelfs de meer “woke” bands als Anthrax, Sacred Reich en Sodom weten hun kritiek moeilijk om te buigen naar een positieve collectieve boodschap, toch al een lastige opgave voor muzikanten omdat men al snel prekerig overkomt. In die zin was thrashmetal zelf profetisch in het idee dat er geen alternatief is voor kapitalisme. Maar wil het nog evolueren (wat maar de vraag is in een vergrijzend genre), moet het net als Boards of Canada een wereld na de ramp ontdekken, een blik op de zon werpen, hoe wazig deze ook is, en zich verwonderen over de nieuwe levensvormen die opkomen uit een doodgewaande aarde.
...And Justice For All van Metallica geschreven (de tijd heeft helaas zijn invloed gehad op de opmaak), de plaat die een aantal thema’s van het genre bundelt tot een duistere sociologie. Heavy metal heeft vanaf het begin een negatief mensbeeld uitgedragen waarin geloof een fantasie is, autoriteiten—van ouders en leraren tot overheid—niet te vertrouwen zijn, militarisme leidt tot een vroege dood, waanzin altijd kan toeslaan, vrouwen spoorloos verdwenen zijn en een nucleaire holocaust zijn schaduw over alles heen werpt. Dit alles zonder een uitweg te bieden anders dan verslaving of zelfmoord. Thrashmetal, voor een belangrijk deel afkomstig uit Californië, ontdoet metal grotendeels van metafysica (van de Satanische of Lovecraftiaanse soort) en rapporteert aan de andere, stoffige, zijde van de Amerikaanse hyperrealiteit. Een deel van de futuristische lading van thrashmetal is te verklaren door het feit dat het neoliberalisme in de Verenigde Staten met behulp van Reaganomics in rap tempo werd geïmplementeerd nadat het eerst in het laboratorium van Chili onder Pinochet was getest. Reaganomics kende zijn winnaars maar met een prijs, een groeiende kloof tussen arm en rijk en een afbraak van het sociale weefsel. Dit alles ingebed in een racistische en homofobe culture war om evangelische stemmers te paaien en met risicoloze militaire afleidingsmanoeuvres om patriottisme op peil te houden.
In het Verenigd Koninkrijk was de gelijktijdig aan de macht gekomen Thatcher er snel bij om hetzelfde recept toe te passen en in een wat zachtaardige, minder opgefokt militaristische versie zou ook Europa er in de loop van de jaren negentig aan moeten geloven wat ons in de huidige tijd brengt waar een Amerikaans medialandschap is geassimileerd, xenofobie moet afleiden van het falen van neoliberalisme en een terugval dreigt in autoritarisme, nu als surveillancemaatschappij met een dwingende conceptualisering van de sociale norm. In deze maatschappij zijn tegenkrachten meer dan ooit verstrooid, rebellie gekoloniseerd als lifestyle-keuze. Het is aan het individu op klimaatverandering tegen te gaan, om een kleine filantropie te bezigen, om psychisch te overleven zonder (zelf)medicatie, altijd met de dreiging dat de overheid je uit willekeur vermorzelt met inzet van slecht geautomatiseerde regelgeving. Alles wat ...And Justice For All in 1988 (en Dimension Hatröss van Voivod in datzelfde jaar) poneerde.
Het genre was vooruitziend in de diagnose maar bood thrash ook een oplossing? Ten dele, en dan vaak de zeer Amerikaanse oplossing van radicale vrijheid. Dave Mustaine van Megadeth biedt een uitweg als cynisch-hedonistische libertariër, licht paranoïde, alles afwijzend behalve individuele vrijheid. Metallica zou na ...And Justice For All een uitweg zoeken in een mix van emotionaliteit en survivalideologie die een vlucht uit het sociale betekent, een opgaan in de natuur (“So seek the wolf in thyself” – ‘On Wolf and Man’.) Slayer bood op Seasons in the Abyss (1990) de meest duistere variant van de seriemoordenaar, het individu dat boven de wet staat en beslist over leven en dood. Zelfs de meer “woke” bands als Anthrax, Sacred Reich en Sodom weten hun kritiek moeilijk om te buigen naar een positieve collectieve boodschap, toch al een lastige opgave voor muzikanten omdat men al snel prekerig overkomt. In die zin was thrashmetal zelf profetisch in het idee dat er geen alternatief is voor kapitalisme. Maar wil het nog evolueren (wat maar de vraag is in een vergrijzend genre), moet het net als Boards of Canada een wereld na de ramp ontdekken, een blik op de zon werpen, hoe wazig deze ook is, en zich verwonderen over de nieuwe levensvormen die opkomen uit een doodgewaande aarde.