dinsdag 7 april 2015

Nostalgie opgelost?

But here’s the thing: For nostalgia to work, the objects that evoke it have to go away for a while, or at least be beyond reach. There must be distance. With the Internet, smartphones, and a 24-hour news cycle, however, everything from the recent past is relentlessly present. There's simply too little to long for if it's always available. If we take nostalgia to strictly mean a wistful longing for, or melancholic memory of, someone's past personal experiences (as opposed to, say, someone alive today yearning to live at the height of the Roman Empire), it seems conceivable, then, that for coming generations the feeling of nostalgia might eventually disappear—not due to over-exposure or diminished effect, but because of its inability to form in the first place.
Paul Hibert lanceert een interessante hypothese in 'Will the Web Kill Nostalgia?' maar tegen het einde van zijn artikel blijkt het antwoord eigenlijk al ontkennend te zijn. Er is geen enkele reden om aan te nemen dat mijn kinderen geen nostalgische gevoelens zullen hebben voor bepaalde momenten in hun kindertijd, bepaalde series, films en muziek of apps. Maar of ze het zullen cultiveren is onzeker, ik betwijfel of het de bijna industriële vorm zal hebben die nostalgie nu bezit. Bepaald mint iPods zullen in hoog aanzien staan, maar er zal geen tweede vinyl-hausse volgen. Op een gegeven moment zijn objecten verzadigd. Een grote technologische doorbraak, type kernfusie, mens op Mars, zal nostalgie uiteindelijk doen verdampen en weer tot een bezigheid maken van een kleine groep specialisten.

Interessanter— en de auteur probeert er sneaky aan te ontsnappen— is de vraag of volgende generaties nostalgie gaan cultiveren naar periodes die ze niet hebt geleefd. Zelf was ik als tiener totdat house opkwam redelijk nostalgisch naar de jaren zestig, het idee dat je geboren bent after the goldrush. En dat zie ik misschien nog wel in een hernieuwde versie terugkeren, als een nostalgie naar een leven voor 9/11. Het is enigszins afhankelijk van de manier waarop historisch besef zich zal ontwikkelen. Ik ben benieuwd of het soort meta-nostalgie van tieners en jonge twintigers op Tumblr voor de periode 1960 – 1989 over het jaar 2000 getild zal worden, of dat dit tijdperk, inclusief de jaren ‘90 gecanoniseerd gaat worden als het "esthetische tijdperk". De nostalgie van de connaisseurs, de aangeleerde, in plaats van de individueel geleefde, variant.

Ik maak mij er op het moment geen grote zorgen over. Er bestaat een neiging van culturele commentators/critici/denkers om serieus in te gaan op elke aankondiging van een nieuwe revival. Alles wat in conventionele media (kranten, tijdschriften, televisie) wordt aangekondigd als revival staat los van zowel de alledaagse als avant-gardistische realiteit. Dat zijn revivals als paginavulling, een ritueel van de hyperrealiteit. Een aantal sukkels zal bijvoorbeeld weer in broeken met wijde pijpen gaan lopen. Maar echte vernieuwers en leiders in mode zijn allang losgeweekt van de revival-cyclus, zijn geïnteresseerd in innovatieve textielsoorten en nieuwe silhouetten en functionaliteit. Ik was laatst in een pretpark en het viel me op dat er op kledinggebied een soort conventionele atemporaliteit heerst, een onbestemde onopvallendheid, waar een voorheen vooruitstrevend merk als Stone Island inmiddels in is opgenomen. Die stijl zal de komende jaren heel traag en in de kleinste details veranderen. Maar daar doorheen zul je extremere variaties gaan zien, waar sommige elementen langzaam worden opgenomen in de conventionele kledingstijl. Nostalgie in kleding is dood, iets voor zonderlingen...en vooral goedkoop.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten