Mastodon designing futures where nothing will occur

dinsdag 30 september 2014

AFX/Polygon Window recensie 1993



Ik kwam tijdens onderzoek voor een artikel over een andere artiest deze recensie tegen in mijn archief, uit de Melody Maker van 10 april 1993. Simon Reynolds op zijn best:

"This makes Aphex music sound cold and forbidding, when it actually glistens and glows with "soul". In fact, it's 21st Century gospel, a glimpse of cyberdelic heaven. It's sacred music for a secular age, synth-siphoned balm for the wounded soul, and the (il)logical sequel to both Eno/Bowie's "Low" and Spacemen 3's "Playing With Fire."

Analogue Bubblebath 3 en Surfing on Sine Waves kwamen dus ongeveer op hetzelfde moment uit (wat een weelde.) En al begint Syro voorzichtig zijn geheimen prijs te geven blijven deze twee nog steeds mijn favoriete RDJ albums (mijn herinnering is een beetje in nevelen gehuld op dit gebied maar het kan zijn dat ik deze twee eerder kocht dan Selected Ambient Works 85-92).

(de scan hierboven is aanklikbaar en leesbaar)


vrijdag 26 september 2014

Legacy acts

Dit zag ik dan niet aankomen: een nieuw album van The Future Sound of London. Klinkt op het eerste gehoor als hun vertrouwde mix van inventieve ritmiek en ruimtelijkheid met vleugjes melodische kitsch. Van mij mogen ze allemaal terugkeren, de, ik kwam de verschrikkelijke term al tegen, legacy acts. Het inspireert Ryan Alexander Diduck in zijn recensie van Environment 5 tot een optimistische conclusie:

Electronic music is entering into its golden years (after all, the Moog is 50). It's finally getting comfortable in its own skin. So, what of the future, then? If it is indeed boring, can't something be both boring and great? Any lasting relationship, for example, is comprised of lots of indistinguishable days. Even exciting can get boring. Boredom is a sign of durability. And I'd rather have a durable future than no future at all.

donderdag 18 september 2014

Nog een Aphex Twin interview

Uit het Pitchfork-interview met Richard D. James (met wat herhalingen maar ook enkele nieuwe inzichten). Ik weet trouwens niet of ik die manier van tekst presenteren nou innovatief of irritant vind (helemaal omdat Ghostery meteen de tekst molt).
Pitchfork: In the '90s, your music existed in a kind of dialectical relationship with rave culture. Do you miss that?

RDJ: Yeah, I do, actually. For years, I could listen to jungle and nick things from them, but they didn't know I existed. It was a separate world. But that world doesn't exist any more. It's all merged into this global Internet world. It's a real shame. I really don't like that. But that's just globalization. It's got good sides as well. But scenes aren't allowed to develop on their own any more. Everyone knows about everything.

The holy grail for a music fan, I think, is to hear music from another planet, which has not been influenced by us whatsoever. Or, even better, from lots of different planets. And the closest we got to that was before the Internet, when people didn't know of each other's existence. Now, that doesn't really happen.

I used to love jungle. I still think it's the ultimate genre, because the people making it weren't musicians. The best artists are people who don't consider themselves artists, and the people who do are usually the most pretentious and annoying. [laughs] They've got their priorities wrong. They're just doing it to be artists rather than because they want to do it. And a lot of jungle people were actually car mechanics and painter-and-decorator types, like, pretty hardcore blokes. I wouldn't want to get into a fight with them. I know a few people who were like that, and I don't think that really exists any more. Maybe those sort of non-musician types do some dubstep stuff, or grime. But it didn't exist in jungle for long. There was only a couple of years where people didn't know what they were doing, and you got all these samples that are just totally not related in pitch. I really hunt down those records. They've got this ridiculous mishmash of things that totally don't go with each other at all. Obviously, after they've done it for a couple of years they learn how to make chords and stuff, and it's not so interesting now.

vrijdag 12 september 2014

Leeslijst lezing DordtYart

Na mijn lezing bij DordtYart waar ik inderdaad op Jeff Millsiaanse wijze door een groot aantal verwijzingen heen ging, werd opgemerkt dat een geprojecteerde afbeelding met verwijzingen best wel handig was geweest. Een geweldig idee! Als er nog eens een vervolg komt, print ik gewoon een stapel lees/kijklijsten uit en neem die mee voor wie geïnteresseerd is. Maar deze keer moet men maar hopen op Google en dit blog.


Michael Solana - 'Stop Writing Dystopian Sci-Fi - It's Making Us All Fear Technology'

Mary Shelley - Frankenstein

Black Mirror (tv-serie Channel 4)

Brazil (film, Terry Gilliam)

Suzanne Collins - The Hunger Games (drie boeken plus verfilmingen)

Geoffrey O'Brien - 'The Sublime Horrors of Ridley Scott'

Samuel Delany - Dhalgren

Vladimir Nabokov - Ada or Ardor

Anthony Burgess - A Clockwork Orange

Gary Shteyngart - Super Sad True Love Story

Ray Bradbury - The Martian Chronicles

Kim Stanley Robinson - Red Mars, Green Mars, Blue Mars

Alvin Toffler - Future Shock

Jean Baudrillard - Simulacres et simulation

The Matrix (film, Andy en Lana Wachowski)

Mulholland Drive (film, David Lynch)

Frederic Jameson - Archaeologies of the Future: The Desire Called Utopia and Other Science Fictions

Erik Davis - Techngnosis: Myth, Magic and Mysticism in the Age of Information

Mark Dery - Escape Velocity: Cyberculture at the End of the Century

Ursula K. Le Guin - The Dispossessed

 J.G. Ballard & John Gray - 'Technology is always a facilitator' (interview in Extreme Metaphors: Collected Interviews)

William Gibson - Neuromancer 

William Gibson & Bruce Sterling - The Difference Engine

Kaze no Tani no Naushika, Tenkū no Shiro Rapyuta (films, Hayao Miyazaki)

Adam Flynn - Solarpunk: Notes toward a manifesto

zaterdag 6 september 2014

De harddisk van Aphex Twin

Uit het zeer vermakelijke en informatieve interview van Koen Poolman met Richard D. James (die sowieso in een aantal recente gesprekken zeer openhartig is):

‘Als je al je tracks op de computer hebt staan, kun je heel eenvoudig door je verzameling scrollen en allerlei dummy-albums samenstellen. Dat is het enige waar ik eigenlijk nog een computer voor gebruik tegenwoordig. Ik doe dat regelmatig, albums compileren. Ik heb laatst nog geprobeerd om een old school compilatie te maken. Ik heb letterlijk honderden tracks die dateren van rond Selected Ambient Works 85-92. Maar na drie uur heb ik het alweer opgegeven. Ik heb het al vaker geprobeerd, maar ik kom maar niet door die stapel heen. Na drie uur weet ik niet meer waarom ik het eigenlijk aan het doen ben, het voelt zo zinloos.’
Een gekmakend idee dit. Uit de interviews spreekt soms een vreemde eenzaamheid van iemand die teveel bezig is met muziek en het alledaagse leven om ook nog eens zijn werk goed uit te zoeken. Als ik werkzaam was bij Clone, Kompakt, Dial, et cetera zou ik toch een keer contact zoeken. Het is niet alsof het commercieel oninteressant is. Of moet alles tegenwoordig met kickstarter gedaan worden?


woensdag 3 september 2014

Albumkritieken: een overzicht

Een kort overzicht van de albumkritieken die ik tot nu toe op MyJour heb gepubliceerd. Zal de lijst om de zoveel tijd aanvullen en herposten. En op deze manier kun je precies lezen over dat ene album dat jouw net interesseert.

Grace Jones - Nightclubbing
Donald Fagen - The Nightfly
Blondie - Eat to the Beat
Talk Talk - Colour of Spring
Spacemen 3 - Playing With Fire
Scritti Politti - Cupid & Psyche '85

Lees overigens dit interessante achtergrondverhaal dat bepaalde redenen waarom ik deze reeks schrijf zoals ik hem schrijf in een historische context plaatst: 'Worth Their Wait' van Simon Reynolds. Een langere uitleg komt wel wanneer ik klaar ben (na ongeveer 25 albums).

What the music papers I grew up on offered was a concentrated, all-enveloping experience that allowed you to escape from your real surroundings, with all their dreary limitations, and achieve vicarious access to the place where all the action was happening and all the ideas were percolating. Concentration of a different kind was involved in reading the frequently very long features. It’s perfectly possible, of course, to flick desultorily through a printed magazine in just the same way one drifts shiftlessly across the infosphere. But something about the bound nature of the magazine encourages getting pulled into a story, and staying with it until the end.