2014. Een acceptabel muziekjaar, als je de cyclus van 365
dagen belangrijk vindt om muziek mee te kaderen. Een paar mooie comebacks,
gedroomde samenwerkingen en gewoonweg een goede dosis spannende muziek. Over
het effect op de komende jaren valt weinig te zeggen, maar men doet zijn best.
Mijn tien favoriete platen in willekeurige volgorde, al denk ik dat Ex mijn favoriete plaat van 2014 is.
Plastikman - Ex
Ik heb elders Ex al uitgebreid besproken en kan hier nog maar enkele punten accentueren.
Eigenlijk wist ik vanaf het moment dat ik de ‘trailer’ van Ex hoorde dat we hier met Hawtin in topvorm te maken zouden hebben.
Ruimte, bliepjes, gevoel. Een even belangrijke comeback als Aphex Twin. Ex klinkt bekend en ontzettend fris. Dat
heeft denk ik te maken met de snelheid waarmee Hawtin het heeft gemaakt. Een
spontaan idee in plaats van een worsteling. Daarnaast zijn er tegenwoordig in
techno gewoon weinig artiesten die dit kunnen: noten weglaten, geduld hebben en
dan toch een ongekende emotionele diepte bereiken. Ex is eenvoudig weg te zetten als de definitieve manifestatie van museumtechno
(dat ís het ook letterlijk). Veeleer vormt het een eerbetoon aan grootmeester Pete
Namlook en een van de meest complete techno-albums tot nu toe. Vul hier je
favoriete superlatief in.
Aphex Twin – Syro
GusGus – Mexico
De meest onderschatte popband van de laatste twintig jaar. Braaf
blijft het IJslandse collectief geweldig album na geweldig album uitbrengen
(met dank aan Kompakt die ze trouw een warm onderkomen verzorgt.) Mexico is weer op en top GusGus:
dansbaar, melodieus en melancholisch. De riedel waarmee ‘Another Life’ begint -
zo juist, zo spannend en opliftend als de beste ravekraker. Mexico is misschien niet zo consistent
als Arabian Horse (‘Sustain’ doet me bijvoorbeeld
niet zo veel) of compleet als meesterwerk Attention,
maar als het goed is dan is er op het moment geen betere pop te vinden.
Scott Walker + Sunn o))) – Soused
Is bij sommige liefhebbers ten ondergegaan aan te hoge
verwachtingen. Jammer voor hen. Een welhaast onvermijdelijke samenwerking:
delen van The Drift baanden de weg
richting Soused, dat een van de
origineelste popalbums ooit mag heten. Beide artiesten vullen elkaar bijna
moeiteloos aan en halen het beste in elkaar naar boven. De eerste Sunn-riff die
neerdaalt is van een ongekende pracht. Walker heeft weer geweldige teksten
geschreven vol intrigerende lagen en verwijzingen. Zijn zang past zoals
verwacht prima bij Sunn dat hem ook lijkt uit te nodigen tot een bepaalde
beweging voorwaarts –scherp en gericht— waardoor ‘Bull’ een heerlijke
intensiteit krijgt en vervolgens uitdooft in van de mooiste lavadrones die Sunn
ooit wist te kanaliseren. Een van mijn favoriete albums van beide artiesten.
Caustic Window – Caustic Window
De nerdmessias van techno keerde dit jaar eindelijk terug en
werd met open armen ontvangen. Een soort officieuze aanloop vond eerder plaats
met het Caustic Window album dat om vage redenen nooit werd uitgebracht. Het
verloren gewaande testalbum werd geveild en na aankoop via een crowdfundtraject
openbaar gemaakt. Een gift aan de mensheid: vintage Richard D. James muziek uit
het glorieuze 1994. Het klinkt onaangetast door herinneringen extreem fris:
speelse dansmuziek zoals maar een iemand kan maken. In interviews bleek RDJ verguld
door het project en het heeft hem waarschijnlijk een laatste zetje gegeven om
nieuw werk uit te brengen. Hopelijk volgt nu meer muziek uit zijn legendarische
archief. Er kan nooit genoeg Aphex Twin muziek zijn.
Swans – To
Be Kind
Deze dubbelaar van Swans 2.0 is zo opgehemeld en uitgebreid geanalyseerd
dat er nog weinig aan valt toe te voegen. Niet alles is even goed. De funk in
‘Oxygen’ kan me gestolen worden en de blues is acceptabel. Nee, Swans moet
BEUKEN! BEUKEN! BEUKEN! Dubbele drums in je solar plexus met een laag riffs
erover heen gezandstraald. En dat gebeurt hier gelukkig regelmatig. Genadeloos
psychedelische en hypnotische beukestein richting het hart van de zon.
The Soft
Pink Truth – Why Do the Heathen Rage?
The Soft Pink Truth heb ik altijd leuker gevonden dan Matmos
waar Drew Daniel een helft van vormt. Toch is Why Do the Heathen Rage? een zeer onverwachte stap. Daniel blijkt
al jaren een liefhebber van black metal, maar heeft daar als weldenkend mens
ook zijn twijfels over. Want hoe is de liefde voor de muziek te verenigen met
de meer discutabele kanten van het genre? Tijd om meta te gaan en door
electronische covers het genre zowel te vieren als te kritiseren. De
provocateurs geprovoceerd. Resultaat is een vuige, innovatieve en ook erg grappige
plaat.
Lana Del Rey - Ultraviolence
Graag loop ik hand in hand met Lana na een gezamenlijke snowball heel traag richting de
zonsondergang in de Pacifische Oceaan. Er zijn op het moment twee ekte-ekte
popsterren, Taylor Swift en Lana del Rey. Swift kan ik respect voor opbrengen
maar is meer iets voor mijn dochters, Lana is in Ellisaanse termen,
post-Empire, met haar realistische lichaam en nihilistische teksten. Ultraviolence is een veel completer
album dan haar debuut, dat een connectie zoekt en vindt met Mazzy Star. Het
resultaat is een soort valiumversie van Appetite
for Destruction.
ø – Konstellaatio
Een van de platen die ik het meest heb geluisterd dit jaar.
Mika Vainio (van Panasonic) is een veelzijdige technoartiest die zijn
pseudoniem ø meestal gebruikte voor de betere minimal techno. Op Konstellaatio kiest hij voor een
verstilde reis door de kosmos (de titel betekent sterrenbeeld in het Fins).
Resultaat is de beste ambientplaat die ik in jaren heb gehoord, een soort onontgonnen
vertakking van het WARP geluid van 1992-1994 met een vleugje Porter Ricks. Koud
maar menselijk. Soulmuziek voor kosmonauten.
Ariel Pink – Pom Pom
Met gemak zijn beste album sinds The Doldrums. Een ijzersterke verzameling geflipte lo-fi yachtliedjes
met het gebruikelijke Ariel Pink gevoel voor humor (waar niet iedereen helemaal
gevoelig voor is, zelf lig ik helemaal in een deuk van schedelkleverachtige meligheid als dat "poompadora" op 'Exile on Frog Street'). Een soort god-als-10 jarige die overal zijn neus voor op
haalt, classic rock als een soort muziekdoos in zijn hand bestudeert en het wel
grappig vindt om even mee te spelen. En op een ander niveau is Pom Pom een van twee
grootse L.A.-albums van 2014.
ah! een top tien. bien, zal ik me dan ook maar eens mee bezighouden. zit nog op de vinylversie van de nieuwe theo parrish te wachten en dan ik eraan.
BeantwoordenVerwijderenIk verwacht niets anders. :)
BeantwoordenVerwijderenoh ja die The Soft Pink Truth. dat was nog eens een curveball. Met een grote grijns 2x gedraaid, maar toen wist ik niet of ik het ooit nog eens wilde horen.
BeantwoordenVerwijderen(zal GusGus weer eens een kansje geven)