zondag 31 juli 2016
The Avalanches - Wildflower: De Triomf van Sampledelia
Interessant verschijnsel: veertien jaar wachten op het vervolg van een sampladelia-klassieker, met de gebruikelijke “dit jaar komt hij echt uit” beloftes en wanneer daadwerkelijk een album verschijnt denk je in een reflex “laat maar” (dit uitgebreide artikel in The Guardian vat mooi samen wat er allemaal misging.) De op het eerste gehoor teleurstellende single ‘Frankie Sinatra’ helpt ook niet (al ben ik inmiddels op die eerste reactie teruggekomen, wat een geniepige schedelklever bleek dit tijdens twee welhaast medialoze vakantieweken te zijn.) Plagerig moet je naast de single over een drempel heen luisteren, vrees je toch dat het niets wordt, waarna zich een bijzondere trip ontvouwt die compleet uniek klinkt. Niemand klinkt als The Avalanches.
Het is verbazingwekkend hoe je een uur lang de grip verliest op de muziek die uitelkaar lijkt te vallen in allerlei impressies, een langzame vervaging waar op het einde alleen nog een oranje gloed overblijft, warm en geruststellend, en met de briljante afsluiter ‘Saturdaynightinsideout’ alles weer even richting krijgt. Gastzangers, vooraf een problematisch concept, worden moeiteloos in de geluidswereld geplaatst als lange “zelfverzonnen” samples en leiden nooit af (op zich een prestatie van formaat.) Wildflower is ook een van die platen met een geografie, denk Chill Out, Every Man and Woman Is a Star, het complete oeuvre van Boards of Canada, maar dan vager, een stoned verdwalen in plaats van een zoektocht of reis met een doel.
De instant-klassieke hoes, een visioen van een hippie Amerika is op een of andere manier totaal ontijdig maar dekt de lading van de muziek perfect. The Avalanches delen namelijk een fascinatie met een kortstondige periode in de Amerikaanse geschiedenis die ik altijd lastig vond om over te brengen (Air op Moon Safari leek enigszins op de hoogte) ook omdat het een soort mythische constructie is. Het gaat om een Amerika (met nadruk op Californië) in de jaren na de val van Nixon tot de verkiezing van Reagan aan het eind van 1979. De sixties zijn voorbij en de natie is zoekende, opgelucht dat de Vietnamoorlog tot een einde is gebracht, de Church Committee dreigt bijna de C.I.A. te breken en concludeert dat J.F.K. hoogstwaarschijnlijk door een samenzwering om het leven is gebracht, er wordt een moratorium op de doodstraf ingesteld, zwarten krijgen voorzichtig een prominentere plaats in de cultuur en dit alles wordt ingebed met de vrolijke decadentie van disco. Ik associeer het met een zorgeloos Amerika van strand, zon, jeugdige autoritten, buitenwijken. Je kunt een glimp opvangen van die wereld in Halloween en Poltergeist, toevallig films waarin de idylle bedreigd wordt. Geen onrealistische dreiging overigens, New York was in de jaren zeventig een buitengewone puinzooi en zoals Chomsky helder analyseert voerde de goedlachse president Carter een geniepig buitenlands beleid dat in wezen weinig veranderde ten opzichte van wat er aan voorafging. De idylle lijkt totaal gemedieerd, een mozaïek van televisieseries, films en muziek. Een herinnering waarvan je niet zeker weet of hij droom, film of ooit realiteit was. Wildflower (en Since I Left You) vindt zonder twijfel plaats in dit Amerika.
De futuristische retro van sampledelia lijkt grotendeels de bovenstaande idylle te delen, zie bijvoorbeeld het melancholische Californië van Endtroducing en Paul’s Boutique meer opgewekte variant. Iets moet er hebben plaatsgevonden wat ongetwijfeld een bepaalde generatie muzikanten niet loslaat en gezien de kwaliteit van albums als Wildflower hopelijk niet zal loslaten. Wat je natuurlijk doet afvragen wat nog allemaal mogelijk is met deze manier van muziek maken, welke herinneringen kunnen worden opgeroepen, parallelle werelden ontsloten? Wie maakt bijvoorbeeld een sampladelia-werk over de Mediterrane zomer in de jaren tachtig? Wie maakt een jeugd in het Oostblok tot een hoorbare idylle? Wildflower is als muzikaal werk een Grote Plaat (als die term nog iets betekent, nu al voel ik me de nietzscheaanse gek die op het plein mensen aanklampt: “Wildflower, man! Waarom hebben we het nog over iets anders?”) maar presenteert ook de herstart van de mogelijkheden van de sample als kunstvorm. Een opening naar nieuwe werelden vol complexiteit en moeilijk te herleiden emoties.
zondag 10 juli 2016
De Toekomst van Amerika
De toekomstscenario’s van Europa en Amerika verschillen niet zozeer wat betreft de mate van voorspelbaarheid, als een wel de soort voorspelbaarheid. Europa is traag en daardoor voorspelbaar. Amerika is meer in beweging maar heeft de afgelopen eeuw veel meer futuristen voortgebracht die vrij duidelijke toekomstscenario’s hebben uitgetekend. Boeken als Distraction (1998) van Bruce Sterling en Virtual Light (1993) van William Gibson zijn grotendeels al uitgekomen. In zekere zin is Amerika gebonden aan die toekomstverhalen waarin men rekening houdt met een aantal unieke structurele weeffouten van de Amerikaanse maatschappij, problemen die onafwendbaar zijn en op een of andere manier moeten worden opgelost of anders tot een gefragmenteerde maatschappij leiden. Ik denk dat de volgende drie problemen al lange tijd de toekomst bepalen:
1. The Big One. Semi-taboe, terwijl op een meer praktisch niveau men zich er kalm op heeft voorbereid. Al een paar decennia staat een grote aardbeving in California gepland die mogelijk de hele westkust van de Verenigde Staten kan treffen. Wie zich een beetje verdiept in het onderwerp komt uiteenlopende voorspellingen tegen. Een positieve inschatting stelt dat men bij de bouw van huizen de laatste jaren zoveel rekening heeft gehouden met mogelijke aardbevingen waardoor de materiële schade uiteindelijk zal meevallen. Een negatieve inschatting gaat inmiddels uit van minimaal een schok van 7.0 op de schaal van Richter. Met bijvoorbeeld de volgende gevolgen:
Overall, such a quake would cause some $200 billion in damage, 50,000 injuries and 2,000 deaths, the researchers estimated. But “it’s not so much about dying in the earthquake. It’s about being miserable after the earthquake and people giving up on Southern California,” says Jones. Everything a city relies on to function—water, electricity, sewage systems, telecommunications, roads—would be damaged and possibly not repaired for more than a year. Without functioning infrastructure, the local economy could easily collapse, and people would abandon Los Angeles.Dit soort cijfers wordt niet geheimzinnig over gedaan, maar zelden bekijkt men de economische impact op de lange termijn, helemaal als de aardbeving uitschiet richting San Francisco en Silicon Valley, alsof het een lokaal probleem is waar de rest van het land verder geen last van zal hebben.
2. Infrastructuur. Het is al lange tijd bekend dat de huidige infrastructuur van de Verenigde Staten die grotendeels is ontstaan ten tijde van de New Deal wegens gebrek aan onderhoud langzaam uit elkaar valt. Obama heeft schoorvoetend een begin gemaakt met nieuwe investeringen in de infrastructuur, maar elke president zal voorlopig te maken krijgen met een ongewillig congres dat grote overheidsuitgaven (lees, niet militair of surveillance gericht) om ideologische redenen onverdraaglijk vindt. De verbindingen tussen steden zullen steeds meer verpauperen en het diepe Amerika zal moeilijker te bereiken raken, wat ongetwijfeld tot grotere armoede zal leiden, soms opgevangen door een romantisch gevoel van vrijheid ten opzichte van de grote stad en Washington (zie voor een sfeerimpressie de nabije toekomst-hoofdstukken in The Peripheral.) Rijke steden van het type San Francisco, Portland of Seattle zullen de eigen infrastructuur regelen en in progressieve plekken leiden tot leefbare, groene steden -in zichzelf gekeerd voor het achterland, maar open naar andere gelijkgestemde steden en het buitenland.) Kortom, de tweedeling wordt uiteindelijk onoverbrugbaar.
3. Racisme. Amerika is in zijn wezen een racistisch land. Het werd voor een belangrijk deel opgericht door slavenhouders en heeft de oorspronkelijke bewoners grotendeels uitgeroeid. Bovendien heeft het een Burgeroorlog uitgevochten die expliciet over slavernij ging en een deel van het land wist het verlies van die brute confrontatie nooit te accepteren. Als gevolg hiervan heeft de zwarte Amerikaan sindsdien moeite gekend om als volwaardig burger te worden geaccepteerd. Zelfs Franklin D. Roosevelt op zijn machtigst weifelde op het moment dat de tijd meer dan rijp was om zwarten gelijke rechten te geven. Toen men deze eenmaal in het midden van de jaren zestig wist te behalen werd vrijwel direct een subtiele tegenbeweging in werking gezet om te zorgen dat het zelfbewustzijn niet al te succesvol zou worden (de door Nixon gestarte War on Drugs die zou uitgroeien tot de gevangenisnatie-binnen-een-natie, het vermoorden van zwarte leiders.)
De verkiezing van Obama tot president leek op dat moment een streep onder de geschiedenis, maar het tegendeel is waar. Een deel van de Amerikanen heeft dit nooit kunnen accepteren (zie de bizarre Birther-mythe waar onder andere Donald Trump lange tijd door was geobsedeerd) en het latente racisme dat langzaam leek uit te doven is weer manifest. Naast de gevangeniseconomie, buitenproportioneel door zwarten bevolkt die makkelijk en zwaarder worden gestraft, is dit nergens meer duidelijk dan in het politiegeweld. Voor de zwarte Amerikaan is de politie een onvoorspelbaar doodseskader. Wat verbazingwekkend is dat een land waarvan de bewoners zo prat gaan op vrijheid zoveel waarde hecht aan autoriteit en deze zoveel ruimte geeft. Samen met de wapencultuur en verheerlijking van het leger maakt het Amerika tot een fascistoïde staat waar democratische processen een ritueel zijn geworden en geweld alleen maar met meer geweld kan worden beantwoord. De afgelopen dagen laten zien dat het structurele racisme een breekpunt aan het bereiken is. En zoals de aanval op het WTC had moeten leiden tot een herbezinning van een falend buitenlandbeleid maar werd beantwoord met excessieve agressie, zal dit nu ook gebeuren. Een klassieke burgeroorlog is moeilijk voor te stellen, maar het onderlinge wantrouwen gevoed door de paranoia dat elke gek op een dag kan besluiten om een groot aantal mensen neer te schieten zorgt voor een klimaat van angst. Een maatschappij die wordt gedreven door wantrouwen heeft geen toekomst, maar het is eerlijk gezegd ondenkbaar dat in de grip van het militair-industrieel-mediacomplex ruimte is voor collectieve herbezinning…door de blanke bevolking die geïnstitutionaliseerd racisme bewust of uit desinteresse laat voortleven.
Een kreupel Amerika lijkt kansen te bieden voor Europa, ware het niet dat de continenten teveel verweven zijn. Voorlopig zit Europa vast aan een militair bondgenootschap dat zich vooral bezighoudt met het trollen van Rusland, zonder enig voordeel voor West-Europa. En natuurlijk kan Europa definitief worden gebonden met het beruchte TTIP-handelsverdrag dat Obama, op verdachte wijze maar door de strot blijft duwen. Er zijn talloze redenen om TTIP af te wijzen, maar het grote plaatje is dat Europa gewoonweg niet in de afgrond moet worden getrokken door een rijke, corpulente klimmer met een grote bek die strompelend teveel gevaarlijke bewegingen maakt.
vrijdag 1 juli 2016
Talk Talk bij Countdown (plus bonus Ben Liebrand mix)
Aangezien YouTube de laatste jaren alles wat ooit is uitgezonden in huis lijkt te hebben was ik toch verbaasd dat Talk Talks 'Life's What You Make It' bij Countdown onvindbaar is. Die had ik graag laten zien als "voetnoot" bij het hoofdstuk over The Colour of Spring in Kritische massa. Ik had die tekst ingebed met twee optredens van de band bij het programma en 'I Believe In You' is zowaar wel aanwezig. Met bij de introductie nog even een snelle blik op onooglijke jaren tachtig spijkerbroeken en de charmante Simone Walraven. Naar verluidt het laatste televisieoptreden van Talk Talk.
En zoals dat gaat met YouTube kom je dan dingen tegen waarvan je het bestaan niet kende. Dat andere icoon van het decennium, Ben Liebrand, heeft blijkbaar ooit een extended mix van 'Life's What You Make It' gemaakt. Leuk (vooral het intro), heel erg in de toenmalige stijl.
En zoals dat gaat met YouTube kom je dan dingen tegen waarvan je het bestaan niet kende. Dat andere icoon van het decennium, Ben Liebrand, heeft blijkbaar ooit een extended mix van 'Life's What You Make It' gemaakt. Leuk (vooral het intro), heel erg in de toenmalige stijl.
Abonneren op:
Posts (Atom)